My personal story
R: My father had a farm and my mother helped him on the farm, but mainly she was busy with the children.
…
R: My father started a turkey-farm, that was something very exclusive in those days. He moved to a forest, bought himself a piece of land and started to raise turkeys. So we were with 6 children at home: 3 boys and 3 girls. I’m the one who came after three boys, I didn’t like that. So I think, my brothers always have… It was always taken for granted, that they would try to do something on the farm. Or it was an attractive perspective for them. Not only attractive, also at times constraining. I do have brothers who did try to do something else first but all of them tried something with the farm as well. For us girls that was not at all expected. I think - certainly for my eldest sister – they had the idea that: ‘oh well, she’s going to get married anyway.’ So she doesn’t need… She could have easily done gymnasium (highest level of secondary school), but that was not done. We didn’t know of anybody who studied, so it was just not done.
…
R: So, I went to secondary school and my parents always gave me a lot of freedom: ‘Chose what you like, whatever you enjoy!’. So there was no specific direction that I was pushed into, but just generally: ‘Do whatever you like!’. They always financed it so that was a nice sort of freedom.
I: another question: Your brothers, they were more oriented to work in the farm, was that also something that was specifically said by your parents? What was the thinking behind it? That girls would marry off and go and live with their husbands, and the sons have to stay and take over the farm together with their wives?
R: Yes, that is what I think. For example, the household chores, I was always given huge piles of shoes to polish: I’m really good at that, I still am (laughs!). But my brothers had to work in the farm, they helped along. And if I dared to protest about the shoes, my mother used to say: ‘(cynically) well, why don’t you go and work on the farm then?’ So she made it more appealing to do stuff in the house than on the farm. My brothers were put at work on the farm and we were put at work in the house, so that is already sort of a …. Yes, you don’t talk about these things. So yes, that is the way it is. And with my eldest sister I remember that it was also specifically said: She’s going to get married anyway so it doesn’t matter what type of studies she does.’ And indeed, my brothers lived on the farm with their wives, so they all did what was traditionally expected from them. That perspective was absolutely not interesting for me. I didn’t like it at all.
I: So, actually you were very happy that you were a girl and were not oriented towards working on the farm for the rest of your live?
R: Yes, I think it meant freedom to me, mainly.
Dutch
R: Ja, ik heb nagedacht over stereotypen en man-vrouwverhoudingen die in mijn leven een rol hebben gespeeld en of ik daar een aantal onderdelen van kan… ja, tot een verhaal kan maken. Nou, ik denk het verhaal van mijn afkomst… Ik kom uit een gezin van 6 kinderen, een boerengezin. Mijn vader had een bedrijf en mijn moeder die hielp mee op het bedrijf, maar ze was vooral bezig met de zorg voor de kinderen. 00:00:47-5
I: Wat voor een boerenbedrijf was het? 00:00:43-6
R: Ja, mijn vader, mijn vader komt uit een vissersgeslacht en toen is die hele visserij… Die hele visserij is op een gegeven moment over kop gegaan omdat de Zuiderzee werd afgesloten. Dus met het Ijselmeer is die hele visserij sector…, moest iets anders gaan doen. Dus mijn grootmoeder, want mijn grootvader was toen al overleden, die heeft toen besloten om pluimvee te gaan houden. Dus kippen, eenden, en zo. Mijn vader is toen begonnen met een kalkoenbedrijf, dat was toen iets heel exclusiefs. En die is in het bos gaan wonen, een stuk land gekocht en zij zijn daar begonnen met een kalkoenbedrijf. Dus we hadden 6 kinderen: 3 jongens en 3 meisjes. Ik kom na drie jongens, wat ik altijd lastig heb gevonden. Dus ik denk, mijn broers hebben altijd… Daar is eigenlijk altijd vanuit gegaan, dat die in ieder geval zouden proberen om iets op het bedrijf te doen. Of dat was voor hen een aantrekkelijk perspectief, denk ik. Niet alleen aantrekkelijk, soms ook een soort benauwd. Er zijn ook broers die hebben geprobeerd iets anders te gaan doen eerst. Maar ze hebben alle drie iets geprobeerd met het bedrijf. En voor ons lag dat eigenlijk niet zo voor de hand. Ik denk, zeker mijn oudste zus, daar was het idee van: 'nou, die gaat toch trouwen'. Dus die heeft niet… Die had heel goed, heel goed, gymnasium kunnen doen of zo; maar ja, dat was niet zo. Wij kenden helemaal niemand die studeerde, dus dat deed je dan helemaal niet. Toen ikzelf op de basisschool zat dan had je in Nederland de 'mammoetwet'. En de mammoetwet heeft ervoor gezorgd dat je een verlengd brugjaar had na de basisschool. Dus dan had je een soort toelatingsexamen en dan kon je naar een HAVO of VWO school. Dus dat heeft, denk ik mij… Heeft gemaakt dat ik een hogere… had ik nieuwe kansen om een hogere opleiding te doen dan mijn oudste zus. Dus ik ging naar een middelbare school en mijn ouders hebben mij altijd heel vrij gelaten: 'kies wat je leuk vindt, wat je fijn vindt'. Dus het was niet een bepaald perspectief dat ik iets zou moeten worden. Maar wel gewoon van: 'doe wat je kunt'. Ze hebben het natuurlijk ook altijd betaald en dus dat is een heel prettige soort vrijheid. 00:03:07-0
I: Nog even vragen: jouw broers, zeg je, die zagen zich meer in het bedrijf zelf. Was dat iets dat door je ouders ook werd gezegd? Was dat vanuit de gedachte: 'meisjes huwen en zijn dan weg want gaan dan bij hun man wonen' en de zonen die blijven op de boerderij wonen en hun vrouwen trekken daarbij in? Wat was daar de gedachte achter? 00:03:19-4
R: Ja, ik denk dat. Bijvoorbeeld het huishoudelijk werk. Ik kreeg altijd hele grote bergen met schoenen te poetsen; dat kan ik heel goed, nu ook (lacht). Maar mijn broers die werkten dan op het bedrijf, die hielpen mee en als ik dan protesteerde tegen die schoenen, dan zei mijn moedeR: ' (cynisch) nou, dan ga je toch op het bedrijf werken als je dat leuk vindt'. Dus het werd mij aantrekkelijker gemaakt om dingen binnenshuis te doen dan dingen buitenshuis. En mijn broers die werden in het bedrijf ingezet en wij werden in het huishouden ingezet dus dat is al een soort… Ja, daar praat je niet over. Dus ja, dat is zo. En bij mijn oudste zus weet ik dat het ook echt werd gezegd: 'nou, ze gaat toch trouwen en het maakt ook niet uit wat voor studie ze doet.' En mijn broers zijn inderdaad… Die hebben, mijn drie broers hebben alle drie een tijd op het bedrijf gewoond met hun vrouw. Dus dat hebben ze allemaal gedaan zoals het klassiek heel vaak wordt gedaan. 00:04:20-9
Dat perspectief was voor mij in ieder geval absoluut niet interessant. Ik vond het helemaal niks... 00:04:25-2
I: Dus eigenlijk was jij heel blij dat jij een meisje was en dus niet die druk voelde om op het bedrijf te blijven? 00:04:31-3
R: Ja, ik denk dat het voor mij vooral vrijheid betekende en nou ja, ook… Kijk, ik ben naar de middelbare school gegaan en ik kom uit een heel christelijk gezin, calvinistisch. En op de middelbare school waren allemaal toch wel wat vrijzinnigere ideeën. Mijn verhaal is altijd… Dat wil ik ook wel even vertellen. Ik kreeg bij aardrijkskunde… Daar kreeg ik het over de gebergtevormingstheorieën en ik was natuurlijk opgevoed met Adam en Eva en evolutie. En ik dacht van ‘ja, die continenten, dat past allemaal prachtig in elkaar. Ja, dat kan niet in één eeuw’. Dus ik had zoiets van ‘hoe zit dat dan met die bijbel en dit en dat?’ Dus eigenlijk door mijn middelbare schoolopleiding en door de wetenschappelijke benadering, begon ik te twijfelen aan dat beeld dat ik van thuis gekregen had van de bijbel en de evolutie. (lacht) Ik weet dat mijn vader dan wel is… Dan was ik aan het rebelleren tegen de kerk, zeg maar. 'We hadden je nooit naar die school moeten laten gaan.' Dus mijn vader die zag dat ook heel duidelijk wat het met me deed. Dus ik denk dat ik het uiteindelijk prettig vond om die vrijheid te hebben. Maar het was ook een soort erg grote vrijheid. Dus ik mocht het ook allemaal helemaal zelf weten. Dus ik weet… Toen ik 16 was had ik voor het eerst een vriendje en ik had geen idee wat ik… Nou, geen idee. Dus ik vroeg aan mijn moedeR: 'ja, wat moet je daarmee?' En ze zeI: 'ja kind, als je maar van hem houdt'. Dus ik had ook helemaal niet een soort aanwijzing van thuis van hoe ik mijn leven moest doen of hoe je een partner zou kiezen of... He? En dat heb ik altijd gedacht van ‘nou, ja, ... hadden ze eigenlijk gewoon wat meer richting aan kunnen geven’. Dus ik werd opgevoed in totale… Van: ‘pak je kansen en doe vooral wat je wilt, en wij faciliteren dat.’ En ook in studiekeuze. Ik heb eerst één studiekeuze gedaan en toen nog een studie. Ik heb heel veel verschillende keuzes gemaakt. Ik heb veel in het buitenland gezeten. Ja, dus ik heb altijd een beetje moeite met kiezen gehouden. Ik kan het doen en ik kan het ook laten, want er is niemand, er is niet een instantie die zo tegen mij zegt hoe ik het zou moeten doen. Terwijl ja, van andere vriendinnen hoor ik, die worden thuis veel meer… Dus die moeten in ieder geval studeren of die moeten in ieder geval dit of je moet in ieder geval dat. Dus dat patroon dat was bij ons niet zo. 00:07:01-6
R: Dus wat bepaalt dan mijn keuze, ja? Waar ik zo mee in aanraking kom: met medestudenten, de maatschappelijke ontwikkelingen die er zijn. 00:07:17-9
Gender did matter